Allereerst gaat de deur open: draai de handgreep op het deur slot, de dubbele deur opent eerst de juiste deur, en wanneer de CAM een grotere slag bereikt, kun je de deur dwingen om te openen.
2Bij het laden en lossen van goederen worden de deurhak en de haakstoel aan de zijkant van de wagen stevig bevestigd om te voorkomen dat de vrije rotatie van de deur het werk beïnvloedt.
3. De lichtschakelaar in het compartiment bevindt zich in de linker achterhoek onder de vloer buiten de wagen.
4De alarmknop in de cabine is aan de rechterzijde van de achterzijde ingesteld.
5Het laden en lossen van goederen moet licht worden behandeld, het is ten strengste verboden om wild te werken,en de goederen glad moeten worden geplaatst om schade aan de verdamper van de bestelwagen of de koelinstallatie te voorkomen.
6Bij het laden van de koeltruck dient er een bepaalde afstand te zijn tussen de goederen en de compartimentwand om de circulatie van koude lucht te waarborgen.en de hoogte van de goederen mag de grenslijn niet overschrijden.
7Na het laden en lossen moet de deur goed gesloten zijn en moet het vergrendelingsmechanisme van de CAM zijn geplaatst om de deur te sluiten en te sluiten.
8. De carrosserie is met schroeven en drukplaten aan het frame verbonden. Controleer voor elke rit of de schroeven van de drukplaat los zijn om ongevallen te voorkomen die veroorzaakt worden door verplaatsing van de carrosserie.
9. De compressor van de gespleten koeleenheid wordt aangedreven door de motor van de auto. Controleer voor elke rit de werking ervan (zoals het losmaken van de aansluitschroef, het spannen van de riem, enz.)) om de normale werking van de eenheid te waarborgen.